4, 5, 6 oktober
Vrijdag 4 oktober. We vertrekken lekker ontspannen uit Flagstaff. We gaan nu op route 89 naar het noorden, dan
rechtsaf naar Tuba City, 160 naar Kayente, 163 tot Bluff, Utah, en 191 tot
Moab. Gisteren kwamen we door Apache land, vandaag is het de Navajos. We rijden
midden door de Painted Desert met all zijn kleuren, door Monument Valley met
zijn, eh, monumentale en adembenemende rotsformaties, en door de canyons ten
oosten van de Grand Canyon. Fantastisch landschap. Tot onze eeuwige verbazing
groeien er planten in deze woestijn. Het heeft recentelijk geregend en ze zien
er relatief groen uit ;)
Het valt niet mee
een kampeerplekje te bemachtigen in Moab. Blijkbaar is iedere kampeerder de
nationale parken uitgejaagd door de stakende regering – en er zijn hier zo veel
nationale parken – en er is ook nog een groot fietsevenement. Maar Henk vind
toch een plekje, heerlijk ruim, even ten noorden van Moab, tegenover de
toegangsweg van Canyonlands Nat. Pk en van Dead Horse Point Staatspark. Daar
gaan we morgen kijken met de losse auto.
Zaterdag beginnen
we met niets doen – nou ja, de kastjes reorganiseren – en na de lunch rijden we
naar Dead Horse Point. Dit is aan het allereerste begin van de Grand Canyon, en
het park ligt op de bovenrand met prachtig uitzicht alle kanten op. Niet dat we
het te zien krijgen, want onderweg krijgt de arme Mazda last van een flikkerlichtje. We
stoppen om het boekje te lezen en komen er tot onze schrik achter dat we er
niet meer mee mogen rijden. Henk belt het Mazda hulpnummer, en ze sturen meteen
iemand: een aardig stel in een oude pick-up truck met een roestige aanhangwagen
die piept van jewelste als Henk de auto erop rijdt. Haar vader rijdt ‘m naar de
dichtstbijzijnde dealer, zegt ze, in Orem (Provo), 300 km verderop. Ze zetten
ons af op het kampeerterrein. De rest van de dag zijn we in diepe gedachten
over wat we nu met onszelf zullen doen (met kopjes thee en koekjes). Maar goed dat ik
bij WalMart boodschappen heb gehaald gisteren.
Zondag: we
genieten van het milde weer – bijna 20 graden – en maken een heerlijke lange
wandeling achter de camping. We volgen een zandweggetje dat een kleine mini-canyon in gaat. We kunnen nog zien dat het vrijdag heeft geregend, er staan
hier en daar nog plassen in het stroombed en alles ziet er schoon uit. Naar het
oosten kunnen we twee “ramen” zien in Arches Nat. Pk, waar de erosie gaten in de rotsformaties heeft gemaakt; in het zuidoosten is een
kleine bergrug met sneeuw bovenop; in het zuiden en westen zijn hoge mesa’s
(rotsmuren) van rode zandsteen met rotstorentjes erop. n het noorden ligt een bult waar we niet overheen kunnen kijken.
Als we weer terug
zijn kijken we op het internet wat er zoal te doen is in de buurt van Provo. Het
ligt in de bergen van midden-Utah, en er zijn twee meren: een zoet, een zout. Henk
vindt een kampeerterrein bij het (zoete) meer in Provo, en we onderzoeken
Antelope Island State Park in Salt Lake City, in het zoute meer. Daar kunnen we wel een paar dagen
mee vooruit. Morgen rijden we de kampeerbus naar Orem, gaan bij de Mazda dealer
langs, en overnachten in Provo.
Lieve Henk en Mary,
ReplyDeleteLeuk om jullie blog weer te lezen. Jullie maken weer veel mee!
Wij zijn destijds ook in Arches N.P. geweest. In het park zelf was helaas geen kampeerplek meer te vinden. Drukste park wat we hebben meegemaakt.
Gelukkig nog wel plek net buiten het park. Camping heette "riverside oasis campground". Weten we nog (bijna) uit ons hoofd. Goed he?
Liefs Lex en Petra